Gijs Müller. Foto: Frank Mossink
Gijs Müller. Foto: Frank Mossink

De mooiste gezichten van Zutphen

Algemeen

In Zutphen begon fotograaf Frank Mossink ruim twee jaar geleden met het portretteren van opvallende stadsgenoten. Zijn fascinatie voor portretten deelde hij op social media, waar het snel aansloeg bij een breed publiek. Eind 2023 vierde Mossink zijn 100e portret, en vanaf dit jaar is de wekelijkse serie te bewonderen in Contact Zutphen-Warnsveld.

Door Frank Mossink

In de Mooiste Gezichten van Zutphen is deze keer een man te zien die al geruime tijd hier woont maar onlangs lokaal zijn opwachting maakte met de expositie I’m New Here. In de tuin van Dat Bolwerck tref ik hem, en welbespraakt als ik hem ken, vertelt hij me zijn verhaal.

Hij is geboren in een samengesteld gezin van vijf kinderen in Amsterdam, aan de Oudezijds Achterburgwal. Midden tussen de hoeren en met heroïne sterk in opkomst, besloten zijn ouders dat ergens tussen Zutphen en Lochem een betere plek was om een gezin op te voeden. Ze kochten er een boerderij in het bos, waar hij naar eigen zeggen een Zweedse kinderboekenjeugd beleefde met zakmessen, fikkie stoken, eigen kippen en een geit.

Hij bezocht de basisschool in Zutphen en Lochem en werd van de middelbare school in Zutphen weggestuurd, hoewel hij toen nog leerplichtig was. Hij was te eigenwijs en had problemen met de autoriteit op die school. Hij vertelt me daarover dat hij nooit iets doet wat hem niet interesseert. En zo kwam het dat zijn ouders zich neerlegden bij die stap, onder voorwaarde dat hij zou gaan werken en dat hij elke week een boek las en een gedicht uit zijn hoofd zou leren.

Toen al had hij de ambitie om naar de kunstacademie te gaan. Gedurende dat jaar stelde hij een portfolio samen en deed toelatingsexamen bij de AKI in Enschede, waar hij werd aangenomen. Deze opleiding doorliep hij met succes en tijdens de eindexamententoonstelling verkocht hij al zijn werk. Vervolgens deed hij een masteropleiding aan het Sandberginstituut, dat deel uitmaakte van de Gerrit Rietveld Academie.

Daarna ging hij tv maken voor de lokale omroepen, deed veel interviews en ging steeds meer gebruik maken van media als plek om dingen te tonen. Zijn thema werd ‘hoe maak je als kunstenaar contact’, met als slogan ‘uw nieuwste vriend’, gevolgd door zijn naam. "Als je de kunstenaar beter leert kennen, ontstaat er een betere verbinding om de kunst te begrijpen en erover te communiceren", legt hij me uit. Zo stuurde hij tijdenlang briefkaarten met kunst naar bekenden met daarop de tekst ‘van uw nieuwste vriend, een warme groet op uw deurmat’. 

Op enig moment ontstond er door de wijze waarop hij via media zijn kunst verspreidde een enorme boost en waren er vijf landelijke kranten die hem sponsorden en had hij radio- en tv-reclames. Paginagroot stond zijn kunst als reclame in dagbladen, wat heel atypisch was voor de kunstwereld. Het geheim is dat je communicatie die past bij jouw boodschap precies moet maken, en dat was wat hij op deze wijze deed. En zo werd reclame gemaakt voor bedrijven vanuit de autonomie van hem als kunstenaar. Zoals het computermerk Compaq dat een campagne maakte met daarin drie mensen die iets bijzonders op internet deden. Hij bood via zijn kunst vriendschap aan en werd gekozen tot een van die drie personen die in de reclame te zien waren, onder voorwaarde dat hij zijn eigen script mocht schrijven en controle had over het eindbeeld. Inmiddels had hij een agent en een advocaat die hem bijstonden. Op die manier kon hij de “malle kunstenaar’ zijn en was er altijd een realitycheck door de betrokkenheid van zijn adviseurs. De reclame voor Compaq haalde de finale van het EK, wat op die avond leidde tot 10.000 bezoekers op hun site. (in die tijd belachelijk veel!). Mensen konden op zijn werk via zijn site en mail reageren en zo schreef hij handmatig duizenden berichten terug. Het was de tijd waarin social media ontstond, twee jaar voor de start van Facebook. Het succes van dat moment vond hij spectaculair en intensief. 

De tijd had hij mee doordat dit in de eerste internetbubbel plaatsvond, er was overal geld genoeg. Hij werd door het Amsterdam Stedelijk Museum gevraagd om een residentie te gaan doen en wel in de Bijlmer. Dat betekende een beurs en een huis voor een half jaar waarin hij vanuit die wijk zijn kunst kon maken en communiceren. Daar riep hij de Bijlmer Marathon in het leven, noemde het Opportunity I Am en liep die in zijn eentje onder het credo ‘yes you can’. Zijn doel was om aan de hand van twee vrienden die het helemaal hadden gemaakt te laten zien dat je zelf ver kon komen. Ook mensen in de Bijlmer die misschien wat in de steek waren gelaten door de overheid die veel grotere plannen had met de wijk dan ze waarmaakte. Dat leverde hem een grote prijs op.

 Wat volgde was een periode waarin hij last begon te krijgen van het harnas van verwachtingen wat was ontstaan door de dingen die hij deed, terwijl hij ook graag wat anders maakte. Een periode van 20 jaar bleef het stil in de media en tekende hij een eigen oeuvre dat overigens geheim blijft en was hij hoofddocent op de Gerrit Rietveld Academie in Amsterdam.

Met een op Marktplaats gekochte kopieermachine voelt hij zich als een slaaf van dat apparaat en is hij bedreven geraakt om op vele wijzen kunst ermee te vervaardigen.

Wat hij in zijn kunst wil is iets zeggen over de mens en zijn gedrag, maar omdat hij dat aanmatigend vindt, betrekt hij dat op zichzelf en vergroot dat uit. Na 20 jaar wordt nu de mediastilte verbroken. Met als overkoepelend thema Becoming Human beschouwt hij zich in de expositie die tot 23 juni te zien is in Dat Bolwerck als reporter van de ziel. De naam van de expositie is I’m New Here omdat het ook een poging is om na al heel veel te hebben gedaan de zaken met een zekere frisheid te benaderen.

Autonomie, anarchie en authenticiteit zijn woorden die hem typeren, vertelde hij me. Wat mij betreft moet daar ‘aimabel’ aan worden toegevoegd. De optimistische man waarover dit gaat is kunstenaar Gijs Müller.


www.fotofrank.nl

Facebook ‘Frank Mossink’

Advertenties doorgeplaatst vanuit de krant