De beeldend kunstenaars die hun ateliers hebben in het op de nominatie voor verkoop staande gebouw tussen de Kolenstraat en Bakkerstraat kunnen vooralsnog opgelucht adem halen. (archieffoto)
De beeldend kunstenaars die hun ateliers hebben in het op de nominatie voor verkoop staande gebouw tussen de Kolenstraat en Bakkerstraat kunnen vooralsnog opgelucht adem halen. (archieffoto)

Druk voorlopig van de ketel voor Zutphense atelierhouders

Algemeen

‘Geen verkoop vóór beleid’

Door Eric Klop

ZUTPHEN – De druk is van de ketel. De Zutphense beeldend kunstenaars die voor hun atelier gebruik maken van een tweetal aaneengesloten panden aan de Kolenstraat en Bakkerstraat kunnen voorlopig blijven. Dit bleek vorige week dinsdag na de raadsvergadering waarin het collegevoorstel om een vijftiental gemeentelijke panden te verkopen besluitvormend aan de orde kwam.

Zowel meerdere raadsfracties als de kunstenaars fronsten de wenkbrauwen toen b. en w. enige weken geleden volgens mandaat maar toch enigszins plompverloren de ‘(her)indeling van de gemeentelijke vastgoedportefeuille Zutphen 2020’ bijkans als een hamerstuk op de raadsagenda zetten. Wat voor consequenties zou de verkoop zoal hebben voor het maatschappelijke en culturele veld, zo vroeg men zich geschrokken af. Het voorstel verdiende nadere toelichting, waarna de plannen op 21 april alsnog eerst in forumverband werden besproken. Diverse fracties kondigden vervolgens amendementen en moties aan, die vorige week in stemming kwamen en allen werden aangenomen. Aanpassingen en wensen zijn voor het college echter niet veel meer dan een steuntje in de rug, of, zoals CDA-er Hein Brunsveld het noemde, ‘een stukje comfort’. Zekerheid dus dat met name de portefeuillehouders Laura Werger en Mathijs ten Broeke zich zullen houden aan hetgeen zij gaandeweg de raadsvergadering al hadden toegezegd.

Zo zei vastgoedwethouder Werger dat het met verkoop van een aantal gebouwen heus niet zo’n vaart zal lopen. Zij beloofde dat met betrekking tot het complex tussen Kolenstraat en Bakkerstraat de voorbereidingen vooralsnog beperkt blijven tot taxatie. “Dit biedt mogelijkheid tot alle gebouwen in één keer, want dat is goedkoper.” Daarnaast streeft de wethouder aan de hand van de huidige huurovereenkomsten naar maatwerk voor de gebruikers. “Daarmee voorkomen we zoveel mogelijk een gang naar de rechter.” Bovenal zegde zij toe dat pand pas daadwerkelijk in de verkoop gaat nadat er in samenspraak met raad en beeldend kunstenaars een zogenoemd ‘broedplaatsbeleid’ is ontwikkeld en vastgesteld.

Geen verkoop vóór beleid dus. Hier ligt een schone taak bij haar cultuurcollega Mathijs ten Broeke. Hij kondigde nogmaals aan dat het college ter zake na de zomer met een voorstel komt. “Want een beleid voor kunstzinnige broedplaatsen, inclusief atelierruimtes, is hard nodig.” Dat deze vaststelling pas luid en duidelijk klinkt in relatie tot de voorgenomen verkoop van gemeentelijk vastgoed is nogal laat, maar beter ten halve gekeerd dan ten hele gedwaald. Zeker nu ook Ten Broeke belooft dat de doelgroep bij de planvorming wordt betrokken en dat hij bovendien te raden zal gaan in onder meer Deventer en Arnhem. Daar zijn al sinds jaar en dag door deze gemeenten ondersteunde beheerstichtingen actief die beeldend kunstenaars in voldoende mate faciliteren.

De cultuurwethouder waarschuwde nog wel dat wanneer een dergelijke organisatie in Zutphen leidt tot mooie maakplekken, dit met name qua huisvesting geld kost. Deze opmerking werd voor kennisgeving aangenomen. De raad is in meerderheid allang blij dat de nieuwe indeling van de gemeentelijke vastgoedportefeuille gelet op het maatschappelijk en cultureel welzijn met moed, beleid en trouw z’n beslag zal krijgen. Wat de beeldend kunstenaars die vreesden voor de teloorgang van hun atelierruimte ervan vinden? “Een mooi gebaar”, laten zij bij monde van Edith Meijering weten. “Het besluit is een goede stap op weg naar een beleid waarmee Zutphen daadwerkelijk een kunst- en cultuurstad wordt. Dat is in ieder geval positief.”

Advertenties doorgeplaatst vanuit de krant