Jan Brinkman weet bij Fixxar niet van ophouden

Pensionado werkt nog anderhalve dag per week door

Door Eric Klop

ZUTPHEN - Vier jaar geleden kreeg Jan Brinkman uit Zutphen op z’n 62ste nog een nieuwe vaste fulltimebaan. Bij onderdelenhuis Fixxar aan de Laarstraat 61. Zowel werknemer als werkgever was er maar wát blij mee. ‘Een voltreffer’, lieten ze destijds via deze krant weten. Want half Zutphen kent Jan Brinkman en Jan Brinkman kent half Zutphen. Vorige week bereikte hij de pensioengerechtigde leeftijd. Wie echter denkt dat de ‘bekende Zutphenaar’ nu voorgoed op zijn lauweren gaat rusten komt bedrogen uit. “Ik blijf voorlopig nog anderhalve dag per week actief in de zaak.”

Iedere dinsdagochtend en vrijdag de hele dag kunnen de klanten en Jonas ten Brinke, eigenaar van Fixxar, blijven rekenen op de ervaring en kennis van zaken die Jan Brinkman vol enthousiasme tentoonspreidt. “Ik wil bezig blijven”, zegt de 66-jarige Zutphenaar. “Thuiszitten is maar niks. De rest van de week? Af en toe oppassen op de kleinkinderen. Tochtjes maken met de racefiets. Maar dat doe je ook niet elke dag, Ik zie het verder wel. Misschien vind ik al die vrije tijd heerlijk. Of anders werk ik toch nog een paar uurtjes extra bij Fixxar. Wanneer collega’s op vakantie zijn bijvoorbeeld. Jonas zegt dat-ie het wel hoort. Ook aan hem zal het dus denk ik niet liggen. In elk geval is helemaal stoppen er wat mij betreft niet bij.”

Niet meer op zaterdag
Brinkman kan nog niet overzien wat zijn tijd hem brengen gaat. Eén ding is wel zeker. Hij werkte altijd op zaterdag. Daar is voortaan in principe geen sprake meer van. “Omdat mijn vrouw Christa doordeweeks nog een baan heeft, hebben we nu de gelegenheid om er samen eens een weekendje op uit te trekken. Dat is fijn! We hebben trouwens al wel afgesproken dat ik haar bij de huishoudelijke taken niet in de weg ga lopen. Anders heb ik een probleem”, lacht de kersverse AOW-er die afgelopen zomer, na een werkzaam leven van 47 jaar, ter gewenning al heel langzaam begon af te bouwen. ”Via verlofdagen. Eerst van vijf naar vier dagen per week, terwijl ik de laatste maanden wekelijks nog maar drie dagen in de zaak te vinden was. Ja, ik vond dat soms best wel een beetje moeilijk.”

Politieman
Zijn laatste jaar viel ook anderszins niet mee. “Een vreemde tijd”, wijst Jan Brinkman op de coronamaatregelen. “We waren nooit helemaal dicht, omdat we een aantal essentiële producten verkopen. In eerste instantie kon het publiek bestelde artikelen in de winkel afhalen. Later moest dat bij een tafeltje voor de zaak. En dan mochten mensen voor de stomerijservice of een pasfoto weer wél naar binnen."
"Voor ons gevoel waren de regels elke twee weken anders. Er moest steeds ontzettend veel worden geregeld. Erg stressvol. Het was op een andere manier druk. Drukker eigenlijk, maar de omzet kelderde door al die maatregelen fors. Ook de klanten wisten vaak niet waar ze aan toe waren. Er ontstonden discussies, ruzies zelfs. Stonden ze hier op de stoep voor een batterijtje. Moesten ze naar huis om dat te bestellen en keerden ze vier uur later weer terug om op te halen. Wij kregen de schuld, terwijl we niets anders deden dan ons aan de regels houden. Ik voelde me soms net een politieman.”

Tussen de mensen
Precies op de dag dat hij zijn laatste ‘officiële’ werkdag coronaproof afsluit aan de hand van een barbecue en een biertje met de collega’s, kondigt het kabinet met enige armslagen aan dat per 28 april alle winkels weer min of meer normaal open mogen. Het klinkt hem als muziek in de oren. “Ik verheug mij erop. Dat alles weer gewoon is. Al is het voor mij dan maar anderhalve dag per week. Het hoeft niet, maar ik doe het. Omdat ik het leuk vind. Tussen de mensen, verkopen, service bieden. Dat is al bijna een halve eeuw, waarvan de laatste jaren bij Fixxar, mijn lust en mijn leven. Verder zie ik wel waar het schip strandt. Komt tijd, komt raad”, blijft Jan Brinkman positief.