Carlijn Kingma verbeeldt de abstracte aspecten van onze maatschappij en plaatst de mens daarbij in de tijd. Foto: PR
Carlijn Kingma verbeeldt de abstracte aspecten van onze maatschappij en plaatst de mens daarbij in de tijd. Foto: PR

Reizen door de utopische kaartenwereld van Carlijn Kingma

Algemeen

ZUTPHEN - Haar wereld van verbeelding begon op de vrijeschool in Zutphen. Inmiddels is Carlijn Kingma (29) uitgegroeid tot cartograaf van de mensheid. Navigeren, snijvlakken en metaforen zijn woorden waarmee ze zich bedient om aan haar verbeelding uitleg te geven. “Kingma zet aan tot denken over de wereld.”

Door Alize Hillebrink

29 jaar is ze en haar hoofd lijkt een wereldbol zo vol. “Wat weet je allemaal al?” vraagt ze me recht in de ogen kijkend, “dan weet ik waar ik kan beginnen.” Ze lacht een gedreven lach. Haar tijd is beperkt. Ze heeft het druk en moet door. Een nieuw werk dient zich alweer aan in haar hoofd.

In de tentoonstelling Architectuur van het onzichtbare toont Rijksmuseum Twenthe Kingma’s utopische kaarten. Geen kaarten met wegen, landen of rivieren, maar kaarten van de verbeelding die ons nieuwe inzichten kunnen opleveren. “Ik maak utopische vergezichten om de wereld beter te begrijpen,” zei ze in een eerder interview met deze krant. Haar tekeningen doen volgens sommigen denken aan Jeroen Bosch of Escher. Zelf vindt ze haar werk nog het meest lijken op dat van de achttiende-eeuwse graficus Piranesi. Haar werken dragen titels als Spolia van verwachting, de Babylonische Toren van de Moderniteit en Een Geschiedenis van de Utopische Traditie.

‘In essentie zijn we verbonden wezens met een diepe behoefte aan contact’

Haar allernieuwste tekening: Het weefsel der Mensheid, is een duizelingwekkende reis door de geschiedenis van de mensheid. De kaart van anderhalve meter breed en meer dan een meter hoog, werd in september aangekocht door het Rijksmuseum Twenthe. De gelimiteerde print met een oplage van 70 was binnen twee uur uitverkocht. Volgens Josien Beltman, conservator van Rijksmuseum Twenthe, zet de jonge cartografe aan tot denken over de wereld: “Kingma werpt een ander licht op ons wereldbeeld, ze rekt de grenzen op van het denken door middel van haar verbeelding.” Haar werk is een verademing in de snelle tijd waarin we leven, vindt de conservator. “Ze gaat de diepte in, raakt je, opent je geest, daagt uit en inspireert.”

Samenwerking
Kingma studeerde in 2016 af als architect aan de TU Delft en won de New Babylon Award, de prijs voor het beste afstudeerwerk op het snijvlak van kunst en architectuur. Hiermee had ze direct haar eerste solotentoonstelling in het Gemeentemuseum Den Haag. Inmiddels vordert haar oeuvre gestaag, want voordat ze haar Rotringpen op het witte papier zet, doet ze uitgebreid en gedegen onderzoek. Ze zoekt daarbij de samenwerking met kunstenaars, architecten, schrijvers en filosofen. Uren en uren aan tijd gaan zitten in haar gesprekken en studie over het onderwerp, waarna wederom uren en uren gaan opgaan in haar verbluffend gedetailleerde tekenwerk (een mens in haar tekening heeft de grootte van een luciferkop).

Het weefsel der mensheid, baseerde ze op het boek van Rutger Bregman De meeste mensen deugen. “Toen ik voor het eerst een blik wierp op Carlijns werk, wist ik meteen dat ik met haar wilde samenwerken,” zegt Bregman. Het was eind 2018 en hij schreef net de laatste hoofdstukken van zijn boek. In De meeste mensen deugen stelt Bregman dat de mens van nature een sociaal wezen is. Vakkundig en zonder schroom legt hij onderzoekswetenschappers op de snijtafel en kantelt de geschiedenis van de mensheid naar dit standpunt. En dat zegt weer alles over ons, de mens. Daar waar Bregman een retorische punt zet, is Kingma’s werk ambiguer. “Ik probeer de werkelijkheid niet te duiden of uit te leggen, maar eerder het relationele te bestuderen, de complexiteit van de werkelijkheid invoelbaar te maken, hoe alles zich tot elkaar verhoudt en hoe alles wat je ziet afhankelijk is van waar je staat.”

Warken
In een hoekje op de redactie van De Correspondent tekende Kingma acht maanden aan haar kaart. En nog eens twee maanden trok ze zich terug op de boerderij van haar ouders in de bosrijke omgeving van het Achterhoekse Warken, bij Warnsveld. Daar, middenin de natuur, ervaart ze rust, kan ze mentaal en fysiek afstand nemen en zich volledig concentreren op haar werk. “Met geen mogelijkheid tot afleiding heb ik een hogere concentratieboog en kan ik een grote slag slaan.” Want waar ze acht maanden voor nodig had op de redactie van De Correspondent deed ze in Warken in twee maanden over. Van ‘s morgens vroeg tot ‘s avonds laat werkte ze bij haar ouders in de huiskamer, anders vereenzaamt ze teveel tijdens die totale afzondering en focus. En zonder kramp in haar handen te krijgen want, “zo’n tachtig procent van de tijd staar ik naar mijn vel, denk ik na en kijk.”

‘Zo’n tachtig procent van de tijd staar ik naar mijn vel, denk ik na en kijk’

Zutphen, Warken en de vrijeschool vormden de veilige pijlers van haar kindertijd en jeugd. “Ik kon er mijn dromerige en nieuwsgierige ‘zelf’ zijn. Op de vrijeschool werd mijn nieuwsgierigheid, mijn verbeeldingswereld en mijn maker-kant aangewakkerd. De antroposofie, het ‘worden wie je bent’, gaf me die ruimte denk ik.” Het werd een kindertijd vol tekenen, dingen maken en lezen. “Ik was niet zo gefocust op andere kinderen, het liefst bleef ik in de pauze binnen om te tekenen. Mijn ouders vroegen zich weleens af of die afzondering wel oké was, nu maken ze daar grapjes over. Ik vertelde dan als kind dat ik zo’n geweldige dag had gehad op school en dan bleek dat ik bijna de hele dag had zitten tekenen.”

Het pittoreske decor van Zutphen met de steegjes, meanderende straatjes en verschillende hoekjes en huisjes legde samen met de Warkense natuur de kiem voor haar werk waarin ze nu laat zien middenin de wereld te staan. Haar zelf opgedragen missie om de complexe maatschappelijke structuren waarin de mens leeft inzichtelijk te maken, zodat mensen de wereld beter kunnen begrijpen, is háár honger naar inzicht. Ze verbeeldt de abstracte aspecten van onze maatschappij en plaatst de mens daarbij in de tijd: “waar komen we vandaan, waar zijn we en waar gaan we naar toe?”

In Het weefsel der mensheid worden de moderne media, politiek en wetenschap verbeeld als regeerders van de wereld. De media, produceren dag in dag uit beelden wie we zijn, zegt Kingma in haar digitale audiotour door haar kaart. We hebben een politiek systeem dat is gebaseerd op wantrouwen, waarin een kleine elite regeert en het volk gebukt gaat onder het beklemmende gevoel vast te zitten in de machine. Maar misschien, zoals Bregman ook beschrijft, is er toch verandering gaande. Want in tegenstelling tot de wetenschap die eeuwenlang uitging van een somber mensbeeld, staan er nu mensen op die benadrukken dat wij in essentie verbonden wezen zijn, en een diepe behoefte hebben aan contact.

‘Een negatieve opmerking blijft langer hangen dan twintig complimenten’

We kijken elkaar aan via videoschermen, zij in haar woonplaats Amsterdam, ik in Zutphen, omdat de coronamaatregelen ons daartoe dwingen. Ons gesprek komt onvermijdelijk op het coronavirus en het verzet van mensen tegen de overheid. “Heel veel top-down beleid is niet slecht,” zegt Kingma. “Maar een sterke staat werkt beter als je breder maatschappelijk draagvlak creëert. Dat lukt niet van de ene op de andere dag. En in dit geval is dat lastig, want het is crisis. Maar betrokkenheid creëren moet echt, écht, dus niet voor de bühne, want anders werkt het niet. Het gaat om verantwoordelijkheden geven en vertrouwen krijgen. Als iedereen meedoet, zijn we samen sterker.” Ze geeft een voorbeeld van burgerinspraak. “Uit onderzoek blijkt dat hoe meer mensen inspraak krijgen, hoe genuanceerder de resultaten zijn en des te constructiever de oplossingen zijn.”

Hoopvol
Maar hoe hoopvol staat de mensheid er nu voor? Een grote vraag, maar Kingma zegt hoopvol te zijn en te geloven dat verandering mogelijk is. Ze wijst op de Engelse ondertitel van Bregmans boek die luidt: A Hopefull History. “Mensen willen niet moedwillig het slechte doen. Mensen willen elkaar in essentie altijd helpen. Het is gewoon makkelijker om cynisch te zijn dan positief. Eén negatieve opmerking blijft langer hangen dan twintig complimenten.”

Josien Beltman: ‘Kingma rekt de grenzen op van het denken’

Josien Beltman, conservator van Rijksmuseum Twenthe zegt hierover: “Uiteindelijk gaat het om het verhaal, wat we met z’n allen delen. Als je dat niet hebt, heb je ook geen toekomst samen.” Inmiddels is Kingma alweer bezig met een nieuwe kaart. Ze wil nog niet zeggen wat, “het hangt er ook vanaf of ik de juiste mensen vind die met mij willen samenwerken. Er zijn echt oneindig veel kaarten te maken.”

Het werk van Kingma is nog tot 10 januari 2021 te bekijken in het Rijksmuseum Twenthe in Enschede.
Van huis uit kennismaken met Carlijn en haar werk? Bekijk de online audiotour waarin Carlijn je meeneemt in haar werk Het weefsel der mensheid.

Een bezoeker bekijkt het werk van Kingma in het Rijksmuseum Twenthe. Foto: Cyril Wermers

Advertenties doorgeplaatst vanuit de krant