Lex Rietveld. Foto: Imelda Hanselman
Lex Rietveld. Foto: Imelda Hanselman

De nieuwkomer: Lex Rietveld

Imelda Hanselman heeft een bijzondere band met stoffen en fournituren, en daarmee de markthandel, en is al 40 jaar coupeuse. Daarnaast is ze zelfstandig gevestigd loopbaanbegeleider en dus beroepsmatig altijd geïnteresseerd in de levensloop/loopbaan van mensen. Om deze twee interesses samen te voegen heeft Imelda Hanselman de Zutphense stoffen- en fourniturenhandelaren die zij zelf soms al 35 jaar kent, geïnterviewd en dit opgetekend in een serie verhalen onder de titel ‘Stof uit eerste hand’. Deze week deel 6: Lex Rietveld (natuurlijke stoffen).

ZUTPHEN - De naam is “net als de architect, maar geen familie van.” Ik ken Lex ('65 lentes') nauwelijks. Hij introduceert zichzelf direct: “Ik ben een Utrechtse koopman die het af en toe gaat proberen een marktje doordeweeks erbij te doen.” Sinds 4 maanden is hij te vinden op de Zutphense markt en de inkt van zijn handtekening onder de jaarplaatsvergunning is net droog. Op de grote zaterdagse stoffenmarkt in Utrecht is hij al 45 jaar te vinden. En verder doet deze koopman, meestal op zondag, zo’n 25 beurzen per jaar via Stoffenbeurs.nl. Deze beurzen zijn vooral in het westen. Deventer is met 2 beurzen per jaar het dichts bij.”

“Doordeweeks werk ik voor een baas, als financieel controleur, 22 uur per week. Ik doe de markt als hobby erbij; als ik ooit nog eens met pensioen ga, heb ik wat te doen.” 45 Jaar geleden begon hij in de stoffenhandel, de beurs is later erbij gekomen. Tot 2007 werkte hij 30 jaar lang als hulp in loondienst bij een stoffenkoopman. Stoffen vind hij mooi, leuk. “Ik ben groot geworden achter de doubleermachine. Stof dubbel vouwen en op plankjes rollen. Duizenden meters, dag in dag uit. Bijvoorbeeld een vrachtwagen met jeans. Die werd dan leeg getrokken en binnen een paar dagen gedoubleerd of in stukken geknipt van 1.60 meter en gebleekt, gekookt en gewassen. Dat heb ik allemaal meegemaakt. Een kennis van mijn vader zat in de groothandel van stoffen. Ik ging wel eens mee, kijken bij andere groothandels. De zoon van die kennis stond op de markt en die had een hulpje nodig, ik werd voor de leeuwen gegooid in Utrecht. In die jaren begon de markt om 7 uur en ging je meteen aan de bak, zó ongelofelijk druk. Ik moest ook naar school, vwo, en daarna deed ik universiteit, bedrijfskunde.” De financiële baan combineerde hij altijd met het marktwerk. “Op enig moment zei ik: die truc kan ik zelf ook wel”, en in 2007 verruilde hij de marktbaan voor zijn eigen stoffenhandel.

“Eerst zat ik in de goedkope lappenhandel, 2 of 3 euro per lap. En toen kwam ik ineens een hele partij wol tegen uit Italië, 5 containers vol van een bedrijf dat jarenlang allerlei restanten had verzameld en dat in één keer op de markt bracht. Ik zag deze toeval als een kans en ben mij toen gaan specialiseren in wollen stoffen. Nu doe ik ook in andere natuurlijke stoffen, zoals linnens, naast een hele collectie voering. En dan komt het er op aan om door te gaan hierin door her en der natuurlijke stoffen bij elkaar te sprokkelen. Je hebt het net gezien hè? (IH: Lex nam in mijn bijzijn een paar kamgaren stoffen over van marktkoopman Michiel). Ja, ik ben onderscheidend met natuurlijke stoffen want niemand anders heeft dat. Iedereen heeft zijn mond vol van natuurlijke stoffen maar iedereen verkoopt katoen, synthetisch, polyester. Katoen is heel vervuilend; eigenlijk is de hele kledingindustrie dat. Behalve wol misschien? Ik doe ook in blends want 100% wol verkoopt niet (IH: 100% wol krimpt bij wassen en vervilt, vandaar dat wol wordt gemengd met bijvoorbeeld een klein beetje katoen en/of polyester; zo worden de beste eigenschappen van alle delen goed gecombineerd). Voering is kunststof. De stof hennep is niet goed van de grond gekomen. Je kent vast het verhaal van de oprichters van Marktplaats die na verkoop in de hennepteelt gingen? Het restant van de hennepstof, meer dan de helft van wat ze hebben gemaakt, is in de kringloopwinkel in Lelystad beland.

Bijzonder, deze hybride loopbaan. Wat maakt dat je na 30 jaar dienstverband bij een ander koopman dan toch uiteindelijk voor jezelf begint?, vraag ik. “Het is gewoon een uit de hand gelopen hobby, een ‘begeisterung’ noemen ze dat. Bezig zijn met mode, al volg ik niet de mode, ik blijf gewoon mijn eigen gang gaan. Ik volg wel wat de kleuren zijn en bij de inkoop bij groothandels volg ik continu de geleidelijke veranderingen via wat nieuw binnenkomt. Die groothandels zitten dichter op het ontwerp. Er is een verschuiving van tendens, want die groothandels hadden vroeger stampwerk uit de confectie en nu laten ze hun eigen ontwerpen ontwikkelen. Als het kan blijf ik zeker tot mijn 75e op de markt, je blijft er jong bij; ik ga niet achter de geraniums hoor. Een ander gaat naar fitness, ik ga mijn autootje in- en uitladen. Ja ik ben daar heel nuchter in hoor.”

“Men zei dat in Zutphen een hele kern is die helemaal op de natuur gericht is, echte liefhebbers van natuurstoffen. Ik zie ze nog niet op de markt. Misschien weten ze het, nu ze dit artikel lezen? De Zutphense markt is bijzonder omdat er in verhouding nog veel kooplieden met stoffen en fournituren staan, dus er is nog een insteek om zelf iets te maken. In Utrecht komen mensen heel gericht en hier moet er veel over nagedacht worden.”

Het directe contact met de klanten is leuk, grappig. Ik ben een man van weinig woorden. Daarom kan ik dit ook zo goed doen in mijn eentje; dan blijf ik beter in contact met mijn klanten. Mensen komen ook wel eens terug om te laten zien wat ze er van gemaakt hebben. Dat vind ik leuk, krijg ik positieve feedback. In Utrecht zit die hogeschool voor de kunsten HKU. Ja, dan kopen kunstenaars hele rollen op en maken daar kunstwerken van. En ze kopen bizarre stoffen, zwart-wit-gele ruiten. De Schotse ruitjesjas van Paul de Leeuw’s Tante Annie, die stof komt van mij. Twee ontwerpers maakten dat, 5 meter was net genoeg voor twee jasjes. Ja, dat is leuk. Gewoon een praatje maken mag, maar af en toe wat kopen is ook fijn. Alleen babbelen doe ik niet, daar kan de schoorsteen niet van roken.”

Als Lex nu opnieuw mocht kiezen? Hij knikt nee. “Ik ga niet in deze richting. Want er zit weinig toekomst in. Alles verdwijnt behalve de eerste levensbehoefte. Groente, fruit, brood, de poelier, bloemen, dat blijft. Mensen moeten bewuster gaan leven, de welvaartsmaatschappij gaat een keer ophouden. Je zou denken dat we meer lokaal maken en meer productie weer in Nederland doen. Dat is nu alleen maar zo voor het hele dure segment. Zijn er nog confectiebedrijven hier?”.