Provincialen in Amsterdam

Begin oktober, ik ben jarig en trakteerde mevrouw en allerliefste dochters op een bijzonder etentje op een hippe plek in Amsterdam. En als je daar gaat eten moet je er natuurlijk niet al te provinciaals uitzien. Dat gaat al mis met mijn korte haren zonder stoppelbaard, maar een beetje aftandse kleding doet gelukkig wonderen. En mevrouw Bombeld koos voor een spijkerjasje. Met de kleding van de dochters bemoeien we ons niet, de Amsterdamse heeft al vijf jaar ervaring en zuslief uit Deventer weet het zelf het allerbest. Goedgemutst gingen we met z’n vieren op stap.

Het regent flink in de hoofdstad en onder de plu rennen we in een drafje naar een authentiek Eritrees-Ethiopisch restaurant aan de Marnixstraat. Een positief stukje in de krant en uitstekende recensies op internet brachten mij op het spoor van deze niet-alledaagse eetgelegenheid.

Nu heb ik niet zoveel verstand van de Afrikaanse keuken, dus het kiezen op de kaart blijft een beetje gissen. Om eerlijk te zijn laten we ons vooral leiden door het achtervoegsel ‘hot ’of ‘mild’. De bestelling wordt zeer vriendelijk opgenomen en het wachten kan beginnen. Er worden tussentijds geen placemats neergelegd, wel een servet maar geen bestek. Wat gaat hier gebeuren?

Even later staat de bediende met een flinke schaal met een nog groter fleurig rieten deksel aan ons tafeltje. Er wordt geen vraag gesteld wie wat heeft besteld. De man plaatst de schaal midden op de tafel en met een ruim gebaar wordt het deksel verwijderd. We kijken met z’n vieren verbaast op een grote schaal met rondom een soort pannenkoeken en in het midden verschillende hoopjes vlees, spinazie en kaas. Een bord of bestek wordt niet geleverd. Het wordt een avondje pannenkoek scheuren, daarmee wat vlees oppakken en dat in je mond stoppen. Met z’n allen mogen we graaien en onderweg naar de mond niet te veel verliezen. Anders wordt het zo’n zooitje.

Mede door deze onverwachte manier van eten was het een fantastische avond. De toch niet wereldvreemde dochters waren aangenaam verrast en mevrouw Bombeld en ik ook. En dan komt de rekening, vier personen eten, inclusief drank en een nagerecht voor iets meer dan 100 euro. Een koopje hier in het centrum van Amsterdam.

Maar aan het einde vielen wij als provincialen toch nog door de mand. Ik gaf iets meer dan drie euro fooi, dat rond het bedrag mooi af. Maar dat vond de hippe dochter die in de hoofdstedelijke horeca werkt wel heel erg beschamend. “We hebben heerlijk gegeten en de bediening was hartelijk.” Eigenhandig legde ze er nog een bankbiljet bij. “Zo gaat dat hier in Amsterdam”.

Door de stromende regen liepen we weer naar de tram.