Wil Biemond is regisseuse van Jeugdtheater Zjuust en docent aan de Hogeschool van Leiden. Foto: Ariane Soldati

Wil Biemond is regisseuse van Jeugdtheater Zjuust en docent aan de Hogeschool van Leiden. Foto: Ariane Soldati

'Theaterlessen zijn levenslessen, want het leven is improviseren'

Als ik Wil Biemond ontmoet vallen me haar prachtig op elkaar afgestemde kleren op. Haar oorbellen passen bij haar schoenen en haar jasje kleurt bij haar haar. Ik voel de weldadige werking van een aanblik die van top tot teen klopt. Haar stem is zo zacht dat ik me gedurende het gesprek een paar keer afvraag of mijn opname-apparaatje dit wel kan registreren. Zacht en bedachtzaam langzaam. Ze wikt en weegt haar woorden zorgvuldig.

Door Jolien Wilmar

Wil vertelt: "In ons gezin was het gebruikelijk dat we bij feesten toneelstukjes maakten. Ik vond dat geweldig! Spelen, verbeelden, verkleden, me een danseres wanen en denken dat ik vreemde talen kon spreken, dat vond ik heerlijk toen ik klein was. Ik heb drie zusjes en die hadden dat veel minder. Later hebben ze mij eens gezegd: 'Jij was als een rode motor voor ons, jij verzon en wij deden graag mee in jouw fantasiewereld'. Op school was ik stil en verlegen en het onderwijs nodigde ook niet uit om zichtbaar te zijn. Met vriendinnen nam ik de tegenovergestelde rol aan en speelde ik graag de koningin en liet ik me in ons zelfgebouwde wagentje rondrijden. Die rolwisseling tussen het verlegen meisje en de koningin was nodig om uit het alledaagse te kunnen stappen."

Wil is één van de twee regisseurs van Zjuust, een kinder- en jeugdtheaterschool in Zutphen. Daarnaast is ze dramadocent aan de Hogeschool Leiden, aan de opleiding spraak-dramatherapie. "Ik ben mijn beroepsontwikkeling begonnen op de Pabo voor Vrijeschool docenten. Een van mijn medestudenten haalde het in zijn hoofd, dat wij als klas de tragedie van Euripides: Trojaanse Vrouwen zouden opvoeren. Zonder dat ik ooit eerder toneellessen had gevolgd kreeg ik één van de hoofdrollen. Ik zal die medestudent eeuwig dankbaar zijn, want er ging een wereld voor me open. Ik woonde in die rol. Alle dagen leefde ik de rol. Vanuit Zeist belden we de Hanzehof in Zutphen met de vraag of we het toneelstuk op mochten voeren. En dat mocht zomaar! Vanaf dat moment is het vuur voor theater bij mij ontstoken.

Na de Pabo kreeg ik een baan als lerares in Brummen op de Michaëlshoeve en ben ik heen en weer gaan reizen naar Zeist, om theaterlessen te blijven volgen bij het theater voor Woord en Gebaar. Toen dat stopte, ben ik lessen gaan nemen bij Margreet Blanken in Arnhem.

Na mijn veertigste, toen ons vierde kind naar de basisschool ging, was ik niet meer te houden en ben ik in Amsterdam theaterschool De Trap gaan volgen, om professioneel acteur te kunnen worden. Wat een tijd. Werken, zorgen voor ons gezin met vier kinderen en studeren in Amsterdam terwijl we in Brummen woonden. Mijn kinderen kunnen geen pastaovenschotel meer zien. Maar ik genoot met volle teugen, zo heerlijk vond ik het dat ik mijn passie helemaal kon uitleven.

Op De Trap ontdekte ik dat het regisseren mij het dichtst aan het hart ligt, maar het was toch goed om een echte acteeropleiding te volgen om alle kneepjes van het acteren zelf te doorvoelen. Ik leerde alle kneepjes en de problemen tijdens het acteren kennen. Zoals blokkeren. Dat gebeurt bijvoorbeeld wanneer je door het aanbod van je tegenspeler zo verrast wordt, dat je in je hoofd schiet. Blokkeren is een teveel aan bewustzijn van jezelf. Je lost dat op door in beweging te komen. Maar hoe moet je bewegen als je niet weet waarheen?

Ik zie bij de studenten dat de angst om in beweging zo groot kan zijn, dat ze soms liever maar niets doen, want dan kan het niet mis gaan. Na het behalen van een middelbare schooldiploma moet ik hen weer leren om uit het stramien van presteren te komen. Ze vragen: 'Hoe moet het precies?' Ze zijn gewend duidelijke stappenplannen te volgen, wat verlammend kan werken.

Ook met de kinderen bij Zjuust oefenen we het in beweging komen, moed vatten om een initiatief te nemen. Improvisatiespel is eigenlijk niets anders dan continu reageren op onverwachte omstandigheden. Zowel bij Zjuust als op de Hogeschool, werk ik aan het vergroten van de fantasiewereld. Want een rijke fantasie is een eindeloos reservoir van waaruit je oplossingen kunt vinden voor alles wat zich in het spel, maar ook in het leven voordoet. Als regisseur zie ik het als mijn rol om anderen te mobiliseren, om uit te dagen, om energie in te brengen.

Ik leerde Ine Verschoore kennen als juf van mijn kinderen. Ine regisseerde de toneelstukken op hun school. Toen ik haar bezig zag wist ik: zij kan mij leren hoe ik mijn professionaliteit als dramadocent op didactische wijze kan overbrengen op kinderen. Dat is ondertussen alweer 17 jaar geleden en in die tussentijd zijn we gelijkwaardige partners geworden van Jeugdtheater Zjuust dat zij 24 jaar geleden heeft opgericht.

Tussen Ine en mij is er een constante uitwisseling van ideeën. Ik spreek haar nog meer dan ik mijn man spreek. We vullen elkaar volledig aan. Zjuust is geen baan, het is ons leven, waar gelukkig ook onze echtgenoten intensief bij betrokken zijn. De man van Ine, Rolf Zeldenthuis is beeldhouwer en fotograaf en bouwt decors; mijn man, Odulf Damen, is musicus, speelt vele instrumenten en componeert muziek. Samen met Allert van der Heijden en Marike van de Pavoordt verzorgen zij alle muzikale ondersteuning.

Ieder jaar werken we negen maanden lang aan een nieuwe productie, ook dit jaar, maar we hebben de uitvoeringsdatum drie keer moeten verschuiven. Gelukkig hebben we nu definitief groen licht om op vrijdag 2 juli 'De Rode Prinses' ten tonele te voeren."