Joke Wissink. Eigen foto

Joke Wissink. Eigen foto

‘Het zou vreselijk zijn als we onze steun moeten staken'

Langzamerhand bezwijkt de hele wereld aan het coronavirus. Ook de bevolking op Bali heeft het zwaar. Op het Indonesische eiland leeft tachtig procent van de bevolking van het toerisme, maar geen kip die er nog komt. Joke Wissink (69) komt al jaren op Bali waar ze samen met haar man Henk een weeshuis steunt. Nu probeert ze met voedselpakketten ook de allerarmste mensen te helpen door de verkoop van bijzondere Peruaanse wandkleden.

Door Mirjam van Biemen

Eigenlijk wilde ze helemaal niet mee naar Bali toen haar man Henk dat in 2006 voorstelde. Joke heeft last van een bindweefselziekte en zag het niet zitten om zo ver te reizen. Maar het enthousiasme van haar man werkte zó aanstekelijk dat ze toch het vliegtuig instapte, al was het alleen maar om die vrouw op Bali te ontmoeten die haar kind naar Joke had vernoemd. Henk: "Ik was daar in 2004 al geweest en ben toen bevriend geraakt met een Indonesisch stel. Die vrouw was in verwachting en besloot haar dochter bij de geboorte de naam Joyce (naar Joke) te geven." "Toen moest ik wel gaan", zegt Joke lachend aan de keukentafel in hun lichte woning in Zutphen.

Eenmaal op Bali kijkt ze haar ogen uit. "Ik was nooit zo ver van huis geweest en vond het een hele happening. Voorheen was op vakantie gaan voor mij met de caravan door Europa toeren dus dit vond ik werkelijk prachtig." In het noorden van Bali wordt het stel echter geconfronteerd met armoede, meer armoede dan op de rest van het eiland. Bij thuiskomst besluit Joke dan ook dat ze iets wil doen. "Vooral de aanblik van de vele straatkinderen trof me dus ben ik gaan onderzoeken of ik iets kon betekenen vanuit Nederland." Eén ding stond hierbij als een paal boven water voor Joke. Ze wil niet zómaar geld storten, maar met eigen ogen zien of haar hulp goed terecht zou komen.

Het jaar erop besluit het stel opnieuw naar Bali te gaan, maar nu met een gericht doel. Samen bezoeken ze allerlei weeshuizen om zo te onderzoeken aan welk doel ze zich kunnen verbinden. "Er gebeurt een hoop op Bali voor weeskinderen, dus de keuze was talrijk", zegt Joke. "Er zijn speciale huizen voor kinderen met down, klompvoetjes, noem maar op." Hun keuze valt uiteindelijk op Lion King, een weeshuis in Singaraja, opgezet door een Nederlands stel dat in vergelijking met andere weeshuizen nog maar weinig steun uit andere landen ontvangt. Joke heeft er direct een goed gevoel bij. "Zo’n weeshuis krijgt ook nauwelijks vergoeding van de staat hè? Misschien een keer een zak rijst, maar daar houdt het wel mee op. Dus ik vroeg ze: wat is jullie grootste kostenpost?" Dat bleken schooluniformen en lesmateriaal te zijn dus ben ik daar geld voor gaan inzamelen onder andere door de verkoop van eigengemaakte schilderijen die ik exposeerde in ziekenhuizen hier in de regio. Zo is het balletje gaan rollen.’

Hierna reizen Joke en Henk ieder jaar opnieuw af naar Bali om Lion King te bezoeken. Vijfenveertig kinderen in de leeftijd van vijf tot achttien telt het weeshuis dat in een oud bankgebouw gevestigd is. Joke en Henk maken er dan uitstapjes met de kinderen, of schaffen een nieuwe garderobe voor ze aan. Joke: "Dat is zo leuk en dankbaar, om met die kinderen te gaan winkelen." Op dat moment heeft Joke steeds meer geld weten te genereren zodat er ook reparaties aan het weeshuis verricht kunnen worden of bijvoorbeeld een koelkast kan worden gekocht. "Je verzint van alles om geld in te zamelen, want donaties vragen is toch een beetje bedelen om geld."

En dan komt er in 2012 een mooi project op Jokes pad. Via de stichting Colour4kids, een grote organisatie die over de hele wereld weeshuizen bouwt, wordt Joke gevraagd of zij wandkleden uit Peru wil verkopen voor Lion King. Zogenaamde arpillera’s ontwikkeld door vrouwen in Chili ten tijde van de militaire dictatuur. De vrouwen verstopten berichtjes in de kleden die bestemd waren voor hun gevangen genomen mannen en kinderen. Later werd deze traditie in buurland Peru overgenomen door Indianen die op de vlucht waren voor guerrilla’s. "Tegenwoordig is er nog maar een handjevol vrouwen die de kleden kan maken", zegt Joke. "Het gaat om een naaldtechniek die langzaam aan het uitsterven is, want jongeren hebben er geen zin meer in. Ieder kleed is dan ook uniek, je zult nooit een tweede vinden en daarbij zijn ze driedimensionaal."

Tevens één van de redenen waarom Joke graag exposities wil houden en zo het verhaal achter de kleden uit de doeken kan doen, maar door corona lukt dat nu niet. "Morgen gaat er één naar de huisartsenpraktijk hier om de hoek en we denken ook aan bejaardenhuizen, maar je kunt de boodschap erachter dan onvoldoende toelichten en dat is toch jammer." Met de opbrengst van de kleden die tussen de dertig en tweehonderdvijftig euro per stuk kosten, ondersteunt Joke nu de allerarmste mensen op Bali die honger lijden. De kinderen van Lion King, brengen het voedsel rond. "Zij hebben nu nog wel te eten, al wordt dat langzaamaan ook steeds minder."

Sinds 2018 zijn Joke en Henk niet meer op Bali geweest. Eerst vanwege Henks hartproblemen en daarna door corona. Maar Joke, die vroeger als administratief medewerker in het gevangeniswezen werkte, zit bepaald niet stil. "Het zou vreselijk zijn als we onze steun moeten staken, dus ook vanuit Nederland ga ik gewoon door."

Wilt u ook zo’n mooi kleed aanschaffen voor het goede doel? Twee wandkleden zijn nu te bezichtigen bij de huisartsenpraktijk Slofstra op Zwanevlot 220, maar u kunt ze ook bekijken bij Joke thuis waar zij u zelf het verhaal achter de arpillera’s kan vertellen. Telefoonnummer Joke: 06 - 11407321

Voor meer informatie over Lion King, zie de website.


weeskinderenbali.com