Dag Gerard Huis in 't Veld

Dag boekenhoeder
jij, die al die jaren waakte
over de tempel van leesgenot
en kennis, van muur tot muur
van kaft tot kaft, van woord
tot woord een kerk voor iedereen

De zware deur kraakt open
vlagen frisse lucht en vrijheid
blazen naar binnen
na vele arbeidzame dagen
lonkt
de leegte

Dag boekenhouder
jij, die al centen tellend vocht
voor wat niet in geld is uit te drukken
de waarde van behoud van leesruimte
voor hen die nog moeten gaan beginnen
en zij die er mee eindigen

Mijmeren, dommelen, navelstaren
drentelen, fietsen,
vermorsen van tijd
is officieel geoorloofd nu
ongelimiteerd verdwijnen
in ongelezen literatuur

Dag boekenherder
jij, die het boek behoedde
voor verkwanseling en uitverkoop
voor dwaalwegen en valse stallen
en de hele kudde veilig thuisbracht
voor het volgende verhaal

Pak je hoed, pak je jas
laat je zorgen achterwege
onbezwaard de zon achterna.

Gedicht van stadsdichters Merel Hubatka en Otteline van Panthaleon van Eck, geschreven in het kader van het afscheid van de directeur Graafschap bibliotheken