Eikenprocessierups

Mevrouw Bombeld zit onder de bultjes. Allemaal klein rode vlekjes op haar armen die enorm jeuken. Maar ze heeft gelukkig veel discipline en gaat absoluut niet krabben, want dat maakt het alleen maar erger. Ze heeft last van haartjes van de processierups, opgelopen op haar werk in Brummen. En dat vervelende rupsje is inmiddels ook opgedoken in onze straat, of misschien kan ik beter schrijven in onze laan, want de straat staat vol met statige eiken.

En zo kon het gebeuren dat ik afgelopen vrijdagmorgen terugkom van een vergadering in 't Pakhuis en er een maanmannetje door onze tuin zweeft. Ik zie een boomverzorger in een wit pak met een enorme vat vol 'anti-processierups-middel' in een bakje tussen de bomen zweven. Op verschillende hoogtes, voor, achter links en rechts worden de takken en de stam geïnspecteerd. Klaarblijkelijk wordt er niets aangetroffen, zonder zuigwerk zoeft het bakje naar de overkant van de straat naar de volgende eik. Het ziet er wel spectaculair uit, ik maak snel een foto en plaats die op de gezinsapp met als onderschrift 'De gemeente Zutphen pakt de processierupsen-overlast serieus aan.' De hippe dochter reageert snel: 'Wauw, dat ziet er indrukwekkend uit. Hier in Amsterdam nog niets gezien.' En ik denk: 'Waar een kleine gemeente groot in kan zijn.' Maar inmiddels begin ik mij wel een beetje zorgen te maken over onze fantastische groene omgeving. In de krant lees ik een uitspraak van een 'deskundige' die beweert dat we te veel eiken in ons land hebben. Er moeten er flink wat tussenuit. En het kan zo maar zo zijn dat de provincie het rupsenprobleem aangrijpt om in hoog tempo nog meer bomen langs de provinciale wegen te kappen. Dat hebben ze namelijk ook al geprobeerd onder de noemer verkeersveiligheid.

Bij mij begint dat rupsenprobleem inmiddels een beetje op de zenuwen te werken. Zaterdagmorgen stap ik al voor acht uur op de racefiets en in iedere boom die over de weg richting Almen hangt zie ik potentieel gevaar. En dat het gevaar echt op de loer ligt wordt vlak voor Lochem bevestigd, als ik een groot rupsennest onderaan een stam van een eik signaleer. Zie je wel. Bij het station in Lochem neem ik dan ook niet de weg door het bos naar Exel maar fiets langs stortplaats Armhoede richting Markelo. Maar dat had ik beter niet kunnen doen. Langs deze weg staan wel duizend eiken. Als er plotseling een blaadje naar beneden valt knijp ik als reflex in mijn rem. Schrik. Maar door al dat getuur naar boven let ik niet op de weg en daar loert het gevaar. Vlak bij de zendpaal in Markelo rij ik een lekke band. Het minifietspompje ligt thuis. Beteuterd kijk ik rond.