Afbeelding

De verstilde Rijnstrangen

Op de meest westelijke grens van de Achterhoek ligt de Liemers. Een gebied aan Neder-Rijn met enorm veel afwisselende natuur. Het dynamische rivierengebied grenst hier aan de hoge stuwwal van Montferland. Een plaatje om doorheen te lopen. En voor veel Achterhoekers wellicht onbekend terrein. Temeer omdat er al jarenlang een heikele discussie loopt over de identiteit van de Liemers. De eerste zin van deze column kan al een hoop stof doen opwaaien. Maar als ik een Achterhoeker was, zou ik de Liemers er graag bij willen hebben. Wat een enorm verrassende natuur vind je hier. Wel wat kwetsbaar helaas.

Op een zinderend hete middag kruis ik via een zandpad een oude Rijnstrang. Net onder (oud-)Zevenaar slingert de Geldersewaard richting de Neder-Rijn. Maar de Rijnstrang ligt er verstild bij. Een lint aan wilgen en riet doet herinneren aan de vroegere vorm van deze Rijnstrang. Nu houdt het Kandia gemaal voorbij Pannerden het waterpijl in de Rijnstrangen op peil. Waterschap Rijn en IJssel zorgt ervoor dat het peil niet te hoog wordt. Want hoog water vinden de boeren niet fijn. Het gevolg is dat de dynamiek wat uit de natuur is vertrokken. Verslibbing en verdroging liggen op de loer, waardoor natuurwaarden achteruit gaan en de biodiversiteit afneemt. In het nieuwe Natura 2000 beheerplan voor de Rijntakken zijn er echter ambitieuze plannen gemaakt voor dit gebied. Gelukkig, want er is zoveel moois te zien. Kamsalamanders, woudaapjes, zwarte sternen en de geheimzinnige roerdomp. Ze zijn hier allemaal te vinden. De Kamsalamanders zelfs met een zeer stevige populatie. En de rietmoerassen en glanshaverhooilanden herbergen een enorme rijkdom aan plantensoorten, zoals de gele plomp en de watergentiaan.
Toch is het net alsof dit landschap doet herinneren aan vervlogen tijden. De zwarte sternen nestelen op drijvende imitatienestjes omdat het krabbenscheer hier is verdwenen. Krabbenscheer is een plantje dat water van goede kwaliteit nodig heeft (niet te voedselrijk, veel zuurstof, niet te troebel), en was vroeger volop aanwezig. Nu komt het enkel nog voor in enkele strangen waar basenrijk kwelwater vanaf de stuwwal Montferland opgestuwd wordt. Samen met de in het landschap verstilde Rijnloop heeft het iets melancholisch. Ook omdat het hier zó ongelofelijk stil kan zijn.
Ik ben afgelopen maandag met dertig leerlingen, 4HAVO van het Liemers College, op excursie geweest. Ze kenden alleen het trekpontje aan de Berghoofdseweg. Na uitgebreid protest dat het eerste uur veel te vroeg is voor een excursie en dat er alleen maar enge insecten in de uiterwaarden zijn heb ik ze de ogen geprobeerd te openen. Dat lukte deels, omdat het weekend voor een aantal nogal heftig was geweest. Maar ik kreeg ineens de vraag waar je de roerdomp dan het beste zou kunnen zien. En waar die zwarte sternennestjes dan waren, of je die ook mocht op zoeken. En waarom de Gele Plomp bladeren maakt die drijven en bladeren heeft die onder water zitten. Nu ik weer terug ben in het onderwijs voel ik dat hier de grootste kracht zit voor verandering. Niet in een beheerplan van 121 pagina's. Control-F gaf in het Natura 2000 plan geen enkele hit voor 'onderwijs'. Dat moet toch maar eens gekoppeld gaan worden denk ik.

Hielke Alsemgeest