Afbeelding

Zwaleman | Duizendknoop

Opinie Columns

Duizendknoop

Ik kon mijn ogen haast niet geloven, wat was dat snel gegaan! Een paar weken geleden stonden langs het wandelpad dat ik dagelijks met mijn hondje volg nog slechts enkele schamele sprietjes. En nu, na mijn vakantie, waren die sprietjes uitgegroeid tot een stuk ondoordringbaar struikgewas van indrukwekkend formaat. Wat voor struiken waren dit, die zo snel groeiden? Sneller nog dan de maïs op de er achter gelegen akker, die nu overigens volledig aan het oog onttrokken werd.
Het antwoord op die vraag werd door een passerende buurman gegeven, die zag hoe ik vol ongeloof naar de struiken keek. "Dat is Japanse duizendknoop", vertelde hij. "Ik heb daar toevallig een documentaire over gezien op de televisie. Het is een plant die je liever niet in je tuin hebt. En die hier trouwens ook helemaal niet thuis hoort."
Mensen die mij kennen, weten dat ik behoorlijk nieuwsgierig ben aangelegd. Hoewel ik zelf liever het wat uit zwang geraakte woord leergierig hanteer. Maar hoe dan ook, ik ben thuis onmiddellijk achter mijn laptop gaan zitten, om alles te lezen wat op internet te vinden is over die Japanse duizendknoop.
Nou, dat was nogal wat. En het was allemaal bepaald niet positief wat er geschreven werd. Laten we het zo zeggen: ik ben blij, dat ìk geen Japanse duizendknoop ben.
Ook de door mijn buurman genoemde tv-documentaire kon ik terugvinden en ik geloof dat ik daarin de term 'horror-plant' hoorde. Uit de mond van een dame die door de gemeente Amersfoort speciaal was aangesteld om de duizendknoop te bestrijden.
Nou, als er voor één soort onkruid al een hele ambtenaar wordt vrijgemaakt, dan moet de situatie wel ernstig zijn, dacht ik. En ja, dat is ie ook, bleek toen ik me verder in de materie verdiepte. De Japanse duizendknoop, die in het land van de rijzende zon veel voorkomt en daar totaal geen probleem vormt, geldt in ons land als een zogenoemde invasieve exoot. Oftewel als een plant die in ons land is ingevoerd (al in 1840 overigens) maar hier absoluut niet zou moeten voorkomen. Omdat ie bij ons geen natuurlijke vijanden heeft.
Dat ene duizendknoopje als bijzondere plant in de Leidse hortas (daar begon het mee, halverwege de negentiende eeuw), zal geen problemen hebben gegeven. Maar op een zeker moment is de plant in de natuur terecht gekomen. Of beter gezegd: in de zogenaamde natuur van de met zorg aangelegde stadsparken en gemeentelijke groenstroken. Dus daar (ik zeg het nog maar een keer), waar de plant geen natuurlijke vijand aantreft. Het gevolg: op tal van plaatsen in ons land woekert de duizendknoop als een gek. Er is geen kruid tegen gewassen. Je kunt 'm tot aan de grond wegmaaien, maar het volgend voorjaar komt ie terug. Inderdaad, als sprietje. Maar in de zomer is dat sprietje al een meter of drie hoog.
Het ergste is, dat de wortels domweg niet weg te krijgen zijn. Die groeien ondergronds ook op topsnelheid en tasten muren, funderingen, bruggen en hier en daar zelfs het wegdek aan. Tal van gemeenten hebben geprobeerd de plant te bestrijden. Hier werd ie uitgegraven, daar met een chemische substantie bewerkt en in Renkum hebben ze zelfs geprobeerd de duizendknoop door varkens te laten weggrazen. Tot nu toe allemaal mislukt. Ik hoop, dat de gemeente Berkelland, mijn gemeente, wèl kans ziet deze 'invasieve exoot' langs het wandelpad weg te krijgen. Want ik heb het even uitgerekend: de struiken staan zo'n vijftig meter van mijn huis. Als de wortels per jaar twee-en-een-halve meter groeien, dan gaat over twintig jaar mijn tuinhek er aan. En vier jaar later al mijn huis!

Advertenties doorgeplaatst vanuit de krant