Allround vakman Teunis klust ook na zijn pensioen graag thuis verder. Het bord ‘Teunis Timmer Toko’ herinnert hem aan een mooie tijd bij de Feestfabriek. Foto: Ceciel Bremer

Allround vakman Teunis klust ook na zijn pensioen graag thuis verder. Het bord ‘Teunis Timmer Toko’ herinnert hem aan een mooie tijd bij de Feestfabriek. Foto: Ceciel Bremer

Teunis Wullink neemt afscheid van de Feestfabriek

Algemeen

HUMMELO - Toen Teunis Wullink zijn weilanden beschikbaar stelde voor de allereerste editie van de Zwarte Cross was hij gegrepen door de gemoedelijke sfeer. Zijn gastvrijheid destijds zorgde voor jarenlange betrokkenheid bij het populaire muziek- en motorcrossfestival. Onlangs nam Teunis afscheid en daarmee is de Hummeloër de eerste Feestfabrieker die met pensioen gaat.

Door Ceciel Bremer

“Er is een probleem met het brandalarm bij de hal in Lichtenvoorde. Kun je even komen helpen? Want bij de meldkamer worden ze gek van ons.” Met deze vraag werd de 66-jarige Teunis Wullink op zijn laatste werkdag bij Feestfabriek Alles Komt Goed BV bij zijn werkplaats in Hengelo weggelokt. Maar de Hummeloër had allang door dat er iets zou gaan gebeuren. “Ze moesten me natuurlijk even kwijt met een smoesje.”
Terwijl hij plichtsgetrouw de opdracht uitvoerde en het alarm grondig schoonmaakte stapten plotseling zijn vrouw Ans en naaste collega Toon de hal in Lichtenvoorde binnen. Met Toon als chauffeur werden Teunis en Ans vervolgens in een limousine naar het kantoor van de Feestfabriek in Hengelo gebracht. Daar stond een deel van de collega’s hem buiten op te wachten, hielden zijn leidinggevende en Gijs Jolink een toespraak en zag hij de videoboodschappen die zijn collega’s voor hem in elkaar hadden gezet. Daarmee kwam een einde aan zes jaar werken voor ‘een heel fijne werkgever.’

Sfeervol begin
Terug naar hoe het allemaal begon in de Hummelose Broekstraat eind jaren negentig. Daar woonden Teunis en Ans met hun drie kinderen. Teunis was net gestopt met de boerderij en was akkerbouwer toen in het voorjaar van 1997 dorpsgenoot Gijs Jolink belde: “’Heb je de mais al verkocht? ’Ik zei: nee, nog niet. ‘Dan heb je het nu verkocht want wij willen een zwarte cross bij jullie organiseren.’” Teunis en Ans vonden het prima, al wisten ze net als de organisatoren niet wat hen te wachten zou staan. “Iedereen kwam van heinde en ver naar Hummelo. We hadden echt al onze grond nodig als parkeerplaats. Er waren twee bands, Tante Rikie bakte hamburgers in de snackwagen en het was hartstikke gezellig. Dat doen we volgend jaar weer, zei Gijs meteen.”
Maar de verwachting was dat het nog drukker zou worden en meer publiek in de Broekstraat was niet mogelijk. Dus week de organisatie voor de tweede editie uit naar Veldhoek en vervolgens naar Halle en uiteindelijk Lievelde. Ook al deed het terrein van de familie Wullink niet langer dienst als locatie voor de Zwarte Cross, het contact met Gijs Jolink bleef. “De sfeer bij de eerste Zwarte Cross vond ik zo mooi. Daarna heeft Jovink bij ons nog een aantal evenementen georganiseerd, ook voor een paar duizend man. Heel veel bekende artiesten hebben bij ons in de wei gestaan”, blikt Teunis tevreden terug.

Campingburgemeester
Hij bleef na die eerste editie betrokken als vrijwilliger bij wat nu het grootste motorcrossevenement ter wereld is. “In Veldhoek stond ik achter de bar. Het was toen zo warm dus we zijn de hele middag bezig geweest met bier sleppen.” In latere edities hielp hij ook mee achter de kassa en met stro blazen op het crossterrein. Daarna werd hij campingburgemeester. “Dan sta je tussen de campinggasten en de security in. Iedereen accepteert je in die functie. Ik had dan ook mijn vaste koffieadressen. Dat was een prachtige tijd”, vertelt de Hummeloër lachend.
Natuurlijk gebeurde er op de camping ook wel eens wat waar hij tegen moest optreden. Maar de meeste trammelant kun je pratend oplossen, aldus Teunis. “We pakten ooit twee wildplassers op. De jongens voelden de bui al hangen dat ze van het terrein werden afgestuurd. Maar toen zeiden we: je kunt jezelf nog redden. Hier zijn twee dobbelstenen. Als jullie oneven gooien, moet je weg. Gooi je even, dan mag je blijven. De eerste gooide één, de tweede gooide drie. Ze lieten hun koppies al hangen. Je weet wat dat betekent hè, zeiden we. Drie plus één is samen vier dus jullie mogen blijven! Ze waren blij verrast en wij wisten zeker dat ze zoiets nooit meer zouden doen.”

Allround vakman
Bij die ontspannen aanpak en pratend zoeken naar een oplossing voelde Teunis zich prettig. In de week van de Zwarte Cross hielp hij dan ook graag mee als een van de vele vrijwilligers om het zoveel mogelijk gasten naar hun zin te maken. De rest van het jaar verdiende hij de kost als akkerbouwer en verder met alles wat er op zijn pad kwam. Zo was hij kabellegger, werkte hij in de haven van Zeebrugge, plaatste hij straatlantaarns, legde hij stadverwarming aan, haalde hij zijn timmermansdiploma en werkte hij bij een aannemer, en verzorgde hij bij de gemeente Bronckhorst het onderhoud aan de gebouwen. Teunis pakte alles en was handig op velerlei gebied.
Toen hij na een bedrijfsongeval deels werd afgekeurd, bood de Feestfabriek hem een baan aan voor de zomermaanden om te helpen bij de op- en afbouw van het festival. Daar raakte de leiding gecharmeerd van de allround vakman en kreeg hij vervolgens een parttime baan aangeboden.

Eigen werkplaats
Met veel plezier fietste Teunis drie keer per week naar Hengelo. Bij slecht weer pakte hij de auto, of de trekker als Ans de auto nodig had. Daar maakte de anpakker decoratiestukken voor de Zwarte Cross, zaagde hij de karakteristieke letters van Mañana Mañana, bouwde en repareerde hij van alles waaronder een filmstudio en zijn eigen werkplaats bij de Feestfabriek.
Teunis: “Ik moest mijn werk in die grote hal doen maar mijn gereedschap zat regelmatig onder het stof, dat werkte niet lekker. Ik vroeg om een eigen werkplaats en dat was akkoord. Toen het af was, moest ik bij de directeur op gesprek komen. Achteraf was dat een smoesje om mij weg te lokken want toen ik terug in de werkplaats kwam, stond mijn familie daar en werd de werkplaats officieel geopend met een bord met daarop ‘Teunis Timmer Toko’. Natuurlijk met een drankje en een hapje. Kenmerkend voor de Feestfabriek. Ze zien overal een feestje in”, aldus Teunis die op zijn laatste werkdag een kleine versie van het bord in ontvangst mocht nemen. Dat hangt nu in zijn werkplaats thuis.

Trots
De gemoedelijke sfeer is wat Teunis al die jaren zo heeft gewaardeerd bij de Feestfabriek. “Je krijgt een opdracht en die voer je gewoon uit. Je kunt je eigen tijd indelen, je werktijden staan niet vast, zo lang je je werk maar doet. Ze zitten niemand achter de kont an te drieven”, verklaart Teunis. Hij is trots op zijn oud-werkgever die de Achterhoek op de kaart heeft gezet en ook nu in coronatijd zijn best doet om het team aan het werk te houden. “Er is niemand ontslagen en er is nergens op bezuinigd. Echt heel fijn. Dit is voor mij echt een heel mooie afsluiting van mijn werkzame leven.”

Levenslang
Over de invulling van zijn vrije tijd hoeft de pensionado niet lang na te denken. Stilzitten kan hij niet lang en hobby’s zijn er in overvloed: wandelen, fietsen, kaarten, volleyballen, biljarten, klussen in huis of bij zijn kinderen. Ook verre reizen maken behoort tot zijn favoriete bezigheden. Hoewel hij na zes jaar vaste dienst afscheid heeft genomen van zijn collega’s en daarmee de eerste werknemer van de Feestfabriek is die met pensioen gaat, zelfs nog vóór Tante Rikie, is hij niet voorgoed vertrokken bij de Zwarte Cross. “Tijdens het festival blijf ik werkzaam voor de technische dienst en ik ben oproepbaar als ze me nodig hebben. Ans en ik hebben bovendien levenslang gekregen…”, vertelt Teunis een beetje mysterieus om er vervolgens aan toe te voegen: “We hebben ons leven lang gratis entree gekregen.”

Advertenties doorgeplaatst vanuit de krant