Column Paul Bombeld - Vakantievierders in Zutphen (3)

Vakantievierders in Zutphen (3)

Toeristen weten Zutphen steeds beter te vinden. Maar waar komen ze vandaan, wat gaan ze doen en wat vinden ze van de stad? Paul Bombeld gaat deze zomer vier weken lang op zoek naar het verhaal achter bestemming Zutphen. Deze week: het oude Bornhof.

De meeste stadswandelingen lopen door het Oude Bornhof. Dichtbij de markten, maar een oase van rust. Vanaf de Zaadmarkt even het poortje uit 1723 onderdoor en het is stil en vredelievend. Ik neem plaats op het mooiste terras van Zutphen, zoals het Genietcafé deze oase beschrijft. Vijf tafeltjes zijn er bezet. Toeristen, steevast met een wandelroute van de VVV in de hand, genieten hier van een bijzonder kopje koffie of thee. Dit lijkt mij een prima plek om eens even rustig met enkele stadsbezoekers van buiten te spreken.

Even later schuif ik aan bij een drietal Duitse gasten. Ze zijn vanmorgen in alle vroegte vanuit Osnabrück vertrokken. Bestemming Zutphen, want Nederland draagt een warm plekje in hun hart. De oudste van het drietal is Gilsela, 77 jaar. Al in de jaren zestig kwam ze met haar man voor vakanties naar Nederland. Eerst naar de stranden onder Den Helder, later naar Sint Maartenszee. Wat een vriendelijkheid daar aan de Nederlandse kust.

En vandaag is ze met haar dochter Sandra en haar man Olaf op bezoek in Zutphen. Het feest begint al bij de grens, want wat ligt de snelweg de A1 er prachtig verzorgd bij. En dan de doorgaande weg van Lochem naar Zutphen, ze is compleet 'begeistert'. Het bezoek aan de Hanzestad begon deze donderdagmorgen op de markt. 'Deutsche Leute lieben den Markt.' Eerste aankoop: twee grote bakken aardbeien. Heerlijk, en dat samen voor drie euro. 'Das ist sehr billig'. In Duitsland kost dat bijna het dubbele. Daarna volgden aankopen bij de nootjeskraam. Gilsela haalt een zakje gedroogde abrikozen en een zakje rozijnen met chocolade uit haar zwarte handtas. Naast de tafel staat nog een papieren zak van een kledingwinkel.

Het drietal is vol lof over de 'Innenstadt von Zutphen'. Al deze gebouwen zorgen voor een 'sehr gemütliche' uitstraling. Maar de Altstad van Osnabrück is toch ook aantrekkelijk, probeer ik nog. Ze geven me gelijk, maar ze hebben er flink de pest in over al die landelijke ketens die zich overal vestigen. Nee, neem dan Zutphen met zijn vele snuffelwinkeltjes. 'Und die Menschen hier sind so froh'. Ze wijst me nog eens extra op het hofje. 'Hier zitten we heerlijk rustig op een terras te eten, in een prachtige binnentuin tussen de woningen. Dit bestaat in Duitsland gewoonweg niet. 'Wir lieben kleine Orte wie Zutphen. Maar nog even een vraagje: Hoe spreek je Zutphen eigenlijk precies uit?'