Afbeelding

Column Paul Bombeld - Ali de brandweerman

Algemeen Columns

Ali de brandweerman

Er rolt een uitnodiging in mijn mailbox. 'Mijnheer Bombeld, wij zouden het erg leuk vinden als u eens op donderdagmorgen komt kijken bij het Praathuis. Iedere week geven wij - betrokken burgers - taalles aan bewoners van het asielzoekerscentrum. U bent van harte welkom.' Kijk, dat is nog eens een aardige uitnodiging. Ik zit al bijna op de fiets.

Het is even na tien uur als ik de tweewieler naast het gebouw parkeer. De deur staat open. In de grote ruimte staan iets meer dan tien tafeltjes, negen zijn er bezet. Overal zitten een of twee asielzoekers met een vrijwilliger. Op de tafeltjes ligt een velletje papier met tekeningen en de betekenis daarvan staat eronder. Ik neem plaats bij de e-klank. De klank van heg, hek, bek en gek. Het valt niet mee voor de Columbiaanse Gustavo. Het zijn moeilijke woorden voor een vijftiger die zijn hele leven alleen Spaans heeft gesproken. Andemarian uit Eritrea is al iets verder. Hij heeft de meeste woorden al aardig onder de knie. En zijn oranje shirt verraadt dat hij al aardig aan het inburgeren is. Zou hij al weten dat Nederland deze weken niet mee voetbalt?

Er is even pauze. Een van de asielzoekers heeft kleine koekjes gebakken. Ik grijp mijn kans, ze smaken heerlijk. Dan schuif ik aan bij Ali uit Iran. Hij mag aan de docent een verhaal vertellen. Maar ja, dan zit er zomaar een vreemde aan tafel. Ik maak het hem gemakkelijk. Ik stel de vragen, hij geeft de antwoorden. Ali is inmiddels drie jaar in Nederland, samen met zijn drie zoons. In Iran was hij een trotse brandweerman én eigenaar van een bedrijfje in brandpreventie. Het is ongelofelijk hoe goed hij inmiddels Nederlands spreekt. Iedere morgen begint hij op de televisie met het Nederlandse nieuws. Hij kijkt een lange tijd. Als hij het in de eerste cyclus niet heeft begrepen, komt het nieuws een half uur later gewoon opnieuw voorbij.

In Nederland kent hij geen mensen om Nederlands mee te spreken. Daarom gaat hij regelmatig naar de Jumbo op het winkelcentrum de Vijver. Daar gaat hij aan de krantentafel zitten. Als er meerdere mensen plaats nemen probeert hij de gesprekken te volgen en op deze manier weer beter Nederlands te leren. Ik krijg een brok in mijn keel van Ali's eenzame strijd om goed Nederlands te leren. Maar hij en zijn kinderen zijn al een flink eind op weg.

Op de weg terug naar Warnsveld denk ik nog even over de situatie na. Voor de asielzoekers die aan het Praathuis meedoen zijn dit de enige twee uur in de week dat ze buiten het asielzoekerscentrum iets te doen hebben. Het leven zit soms schrijnend in elkaar.

Advertenties doorgeplaatst vanuit de krant