Afbeelding

Column Henrieke Schoonekamp - Beestjes

Algemeen Columns

Beestjes

Heerlijk dit weer. Het kan mij niet warm genoeg zijn, hoe heter hoe beter. Ik kan er goed tegen en heb energie voor tien. Toch is er een reden dat ik niet uitkijk naar de zomer. Want dan komt mijn GROTE angst weer terug. In hoofdletters ja. Mijn GROTE angst voor beestjes.
Ik houd heel veel van beestjes. Ik eet geen vlees, voer m'n brood aan de eenden, spinnen in huis vang ik en zet ik buiten. Die zomerse fruitvliegjes zijn hooguit irritant als ze een aanval doen op mijn glaasje wijn (míjn wijn, afblijven!). Maar zomers komt er nog een ander beestje tevoorschijn.

Ik heb niet veel groenafval. Het meeste wat ik over heb danwel niet eten kan, kunnen mijn harige vrienden prima eten. Appelklokhuizen, het groen van de wortelen, kroontjes van de aardbeien en de uiteinden van komkommers; alles gaat het konijnenhok in, waar drie paar ogen mij ietwat chagrijnig vragend aankijken waarom ik het lekkerste gedeelte voor mezelf houd. Maar alles wat zij niet mogen hebben gaat de groene afvalcontainer in. En de inhoud van het vieze konijnenhok ook (ja, zonder konijn).

's Morgen vroeg, ontbijt. Met onder andere sinaasappel en banaan. Die schillen kunnen de konijnen niet eten. En om te voorkomen dat die fruitvliegjes in huis blijven hangen, moeten die schillen dus meteen de groene container in. Op het moment dat ik me dat realiseer, heb ik direct spijt van mijn gezonde ontbijtje. Ik haal diep adem, verzamel de schillen in de hand en met de andere open ik de achterdeur. Met de moed in mijn schoenen (slippers) loop ik richting de groene container. Het ding staat achter mijn schuurtje, uit het zicht. En ik heb een heel klein tuintje, maar het voelt als een halve marathon.
De container staat gewoon op z'n plek, dekseltje dicht. Als ik bij de container ben, pak ik het handvat tussen duim en wijsvinger van mijn vrije hand en open heel voorzichtig de klep. Héél voorzichtig, want ik ben als de dood dat de klep open valt. Het gaat goed. Ik laat de klep wat zakken en gooi zonder te kijken in één worp de schillen de container in. Helaas. Mislukt. De schillen liggen erin. Maar mijn GROTE angst ook: maden.
Maden in de groene container. Witte en bruine krioelende beestjes. Op het groenafval, op de wand en aan de binnenzijde van het deksel. Ze zijn er weer en ze doen het weer: krioelen, kruipen en mij de stuipen op het lijf jagen.
Heel voorzichtig sluit ik het deksel. Met de rillingen op mijn rug, het kippenvel op mijn armen en mijn nekharen overeind. Ze zijn klein, doen eigenlijk niks, weet ik ook wel. Hoop alleen maar dat de zomer zo lang duurt dat ik er een beetje aan kan wennen. Een zomer van een jaar of 10 dus…

Advertenties doorgeplaatst vanuit de krant