Afbeelding

Column Henrieke Schoonekamp - Ongelukkige maandag

Algemeen

Maandag. Vroeg stap ik in de auto om aan het werk te gaan. Maar niet vroeg genoeg, want ik ben vergeten dat de schoolvakantie ten einde is. En dus weer velen met mij de IJsselbrug over moeten om op het werk te geraken en ik dus veel langer onderweg ben. Het lampje van de benzinemeter brandt, maar tanken doe ik op de terugweg wel. Nog net op tijd ben ik op het werk. Waar binnen een half uur de koffie over mijn bureau stroomt in plaats van door mijn keel. Een echte maandagmorgen dus. De rest van de dag verloopt gewoon zoals alle maandagen, al ben ik wel veel later klaar. In de kleedkamer zoek ik naar mijn portemonnee. En kom tot de conclusie dat die thuis mee is gegaan de wasmachine in. Ik zoek een collega die bereid is mij wat geld te lenen zodat ik kan tanken en dus naar huis kan rijden.

Als ik aankom bij de rotonde bij Bakker Bril in Voorst moet ik stoppen voor een vrachtwagen die net de rotonde oprijdt. Die vrachtwagens zijn zo snel niet, en zeker die dubbele niet. Dus ik sta er wel even. Ineens hoor ik een harde klap. En voel ik een brandende pijn in mijn nek en rug. Ik begrijp niet wat er is gebeurd. Tot er ineens mensen naast mij staan en vragen hoe het met mij gaat. Van de schrik reageer ik niet al te vriendelijk en begrijp dan dat er een auto achterop is gereden. Mensen achter ons schreeuwen dat we aan de kant moeten gaan en een beetje verdwaasd rijden we naar de parkeerplaats van de bakker.

De veroorzaker blijkt een hele vriendelijke jongen te zijn die net zijn rijbewijs heeft en in de auto van zijn vader rijdt. Inschattingsfoutje ofzo. Een echt ongeluk dus, kan iedereen gebeuren. Hij kan de autopapieren niet vinden, ik heb mijn portemonnee en dus mijn rijbewijs niet bij me. Politie komt erbij en tot mijn verbazing ook de ambulance. Allemaal heel erg aardig. Na wat voelen in mijn nek krijg ik te horen dat ik mee moet met de ambulance. Ze vertrouwen het niet helemaal. Geld lenen om te tanken bleek dus niet nodig, het laatste stukje van de reis naar Zutphen krijg ik liggend in zo'n mooie gele auto met hele leuke ambulancemedewerkers. Kanjers van politie IJsselstreek dragen zorg voor mijn auto. Ik mag zelf de ambulance niet uitstappen bij het ziekenhuis, ik word erin gereden en krijg een nekkraag om. Ondertussen grappen makend met het ziekenhuispersoneel.

Het is druk op de SEH en had ik altijd al bewondering voor medisch personeel, nu nog meer. Van het ene naar het andere spoedgeval, maar altijd vriendelijk en meedenken en tijd nemend. Na een scan en wachten op de uitslag mag ik een paar uur later naar huis. Niks ernstigs. Spierpijn en hoofdpijn nog wel een paar dagen.

De volgende avond heb ik een afspraak op het station met de jongen die mij aanreed om het schadeformulier af te handelen. Hij komt naar Zutphen met de trein, mij lukt het wel om erheen te fietsen. Ik vraag of zijn vader boos was, hij hoe het in het ziekenhuis was. We regelen de papierhandel en kletsen nog wat. Best gezellig.

Een ongelukkige maandag. Maar wat een leuke mensen overal! Collega's die geld lenen en helpen de koffietroep opruimen. Hulpverleners van de politie, de ambulance en het ziekenhuispersoneel. En ook de jongen die me aanreed. Familie en vrienden die thuis meteen voor me klaarstaan. Eigenlijk dus heel veel geluk bij heel veel ongeluk. Het was toch best een leuke maandag…

Advertenties doorgeplaatst vanuit de krant